Priester Pradip

Magnifieke mensen

Bij het hoogfeest Tenhemelopneming van Maria

Vandaag wil ik het hebben over magnifieke mensen, je weet wel magnifiek, schitterend, tof. Mensen naar wie je opkijkt, die je tof vindt, waar je sympathie voor hebt. Magnifieke mensen zijn mensen die volmondig ‘ja’ zeggen op het leven, die altijd een goed woord hebben over een ander, die stralen van optimisme. Magnifieke mensen, ze bestaan, ik ken er een paar, en jullie kennen er wellicht ook. Misschien ben je zelf wel zo’n magnifieke mens, wie weet.

Magnifieke mensen zijn een beetje zoals Maria die wij vandaag de hemel in prijzen. Maria, die in alle eenvoud volmondig ‘ja’ zei op het leven en God loofde vanuit het diepste van haar har, is inderdaad de eeuwen door zalig geprezen. Maria is tot koningin uitgeroepen, moeder van alle levenden, zij wordt overal ter wereld aanbeden, ze is aanwezig temidden de velden in de eenvoudigste kapelletjes, ze is ook aanwezig in de drukste Maria-oorden… Maar we mogen niet vergeten dat zij vereerd wordt omdat zijzelf op de eerste plaats eer bracht aan God, omdat zijzelf God loofde met haar Magnificat.

Magnificat, mijn ziel prijst hoog de Heer,
magnificat, mijn ziel maakt groot de Heer.
Magnificat is loven, is jubelen, is blij zijn om de ander,
is een ander groot maken.

Maria, Myriam, het joods, onbeduidend meisje, heeft God groot gemaakt, door Hem te bezingen, door Hem toe te laten in haar leven, door Hem op te voeden van kleine baby tot eigenzinnige volwassene. Myriam was niet opzienbarend, maar godbarend. In Myriam kon God tastbaar op deze wereld komen. Zo mag Maria al eeuwen door, een voorbeeld zijn voor allen die geloven in God. Haar manier van leven mag ook de onze worden, we hebben veel van haar te leren, veel aan haar te danken.

Magnificat, daar begint het al mee. Dat wij elkaar hoog zouden achten en dat niet uit beleefdheid, neen, dat wij vanuit ons hart en ziel elkaar waarderen, dat wij goede dingen zouden zeggen over elkaar, elkaar groot maken. Laten we leren van Maria eenvoudig in het leven te staan, en magnificat te zingen of te zeggen of te doen. Laten wij allen God groot maken, door elkaar te prijzen en zo magnifieke mensen te zijn voor elkaar.