Priester Pradip

9B Tijd voor God

Bij de negende zondag door het jaar B

we kijken een klein ogenblik in stilte naar een korenveld (filmfragment)

Daar word je toch rustig van? Natuurlijk is het duizend keer beter om het in het echt te zien, om met je voeten op de akker te staan en het zachte ruisen van de wind te beluisteren in het koren, om de warmte van de zon te voelen, en innerlijk tot rust te komen, te beseffen dat het goed is zoals het is en langzaamaan aan niets meer te denken, maar te danken, God wat is dat prachtig…

De schoonheid van de natuur laat ons God op het spoor komen. God die deze wereld gemaakt heeft en nog elke dag schept van zonsopgang tot zonsondergang, nachten en dagen aaneen. Hoe wonderlijk, hoe goed is het om in de natuur tot jezelf te kunnen komen, om via de natuur God te ontdekken. Dat is de tijd voor God, het moment van dankbaarheid, van vreugde om de schoonheid, verstilling, tijd voor God.

De leerlingen van Jezus lopen daar in de korenvelden, genieten van de bloemenpracht, voelen de zon op hun huid. Jezus is bij hen, Hij alleen is hun diepste vreugde. Hij zegt toch zulke schone dingen, in Hem zien ze God aan het werk. Maar ’t is een andere God dan ze gewoon waren. Een God die kan genieten van al het mooie dat de schepping te bieden heeft. Een God die mensen nabij is, die zich niet verstopt in het allerheiligste van de tempel. Een God op aarde, Jezus, een mens die barst van levenslust. Uit zijn ogen straalt vreugde, zijn handen strelen gekwetste mensen. Zijn voeten in versleten sandalen, de wind in zijn haren, zo vrij.

De leerlingen voelen zich thuis bij hem, ze hebben hun kot erin als Jezus met veel humor tekeer gaat tegen die saaie farizeeën. En ze snappen Jezus, ze weten waar het in de kern om te doen is. De farizeeën snappen niets van Jezus. Jezus is de Zoon van God, een God van liefde die ’t beste voorheeft met zijn mensen en ze wil bevrijden uit hun bekrompen bestaan. Die farizeeën kijken niet verder dan hun neus lang is. Welke God wil nu mensen zo beknotten met 613 geboden, met petieterige godsdienstige wetjes, o.a. een lijstje van 39 dingen die je niet mag doen op Sabbat? Jezus spreekt over een God die wil bevrijden en onze liefde wil. En dat ontbreekt bij de farizeeën, zij leggen geen hart meer in wat ze doen. Enkel de letter van de wet telt en zij letten niet meer op wat God hen zomaar elke dag geeft, een mooie wereld om van te genieten…

Als gelovigen, volgelingen van Jezus, weten wij wat ons te doen staat, wat we mogen doen en wat we best niet doen, willen we Jezus op een goede wijze navolgen. Jezus leefde in Gods Geest, een geest die ruimte biedt en grenzen doorbreekt, een geest die tijd maakt voor God, niet naar de letter van de wet, maar naar de liefde die overal te vinden is, liefde voor de schoonheid van de natuur, de vriendschap, de vreugde, de stilte…

Laten we dus niet alleen hier in de kerk, een uurtje in de week, maar best overal en altijd ons toewijden aan Gods liefde en intens genieten van alles wat ons zomaar gegeven wordt…