Bij de 5e zondag door het jaar, C-cyclus
In het boek Jesaja zegt de stem van de Heer:
‘Wie zal Ik sturen? Wie kan namens ons gaan?’ (Jes. 6:8)
Ik antwoordde: ‘Hier ben ik, stuur mij.’
De apostel Paulus maakt in de tweede lezing (1 Kor. 15:1-11)
een korte samenvatting van de geloofsinhoud.
Die geloofsinhoud heeft de apostel ontvangen
en hij geeft die door in de hoop dat ook anderen
het helpen verkondigen.
Jezus spreekt een menigte toe en zoekt enkele leerlingen,
trouwe medestanders. Hij roept hen en zij volgen.
Jezus zegt: ‘Wees niet bang, voortaan zul je mensen vangen.’ (Luc. 5:11)
En op dat woord laten de vissers alles achter en volgen Hem.
De vissers van mensen, de dichtste medewerkers van Jezus,
hebben de eeuwen door het goede nieuws verkondigd,
tot in de verste uithoeken van de gekende wereld.
De zendelingen waren gedreven door één en dezelfde missie:
Jezus’ boodschap van liefde verspreiden en mensen ‘vangen’,
winnen voor het geloof in de God van liefde.
Zij lieten alles achter om Jezus te volgen.
Ook Vlaanderen zond in de vorige eeuw
massaal haar zonen en dochters uit.
Tijdens het Rijke Roomse Leven kon het niet op,
er waren roepingen, priesters, paters en zusters in overvloed,
volle kerken, een gelovige samenleving,
niemand die niet wist wie Jezus was…
Zo’n zestig jaar geleden keerde het tij.
Door allerlei redenen die ik nu niet ga opnoemen
omdat ze voldoende gekend zijn,
heeft de triomferende kerk een bescheiden plek gekregen
in de samenleving.
Van overkoepelend is zij slechts één van de vele zuilen geworden.
Kerkgebouwen komen leeg te staan
bij gebrek aan kerkvolk en voorgangers.
Ook de kloosters lopen leeg.
Zo kwam het recent nog in het nieuws:
“Kloosters lopen verder leeg:
Vlaanderen telt op dit moment nog zo’n 5.000 geestelijken
die deel uitmaken van een kloosterorde.
Het zijn er bijna 9.000 minder dan 20 jaar geleden.
3.780 kloosterzusters en 1.220 broeders en paters
tellen de verschillende ordes in Vlaanderen op dit moment.
In 2002 ging het nog om 10.924 vrouwen en 3.039 mannen.
Vandaag is de gemiddelde leeftijd van de zusters, broeders en paters
rond of boven de tachtig jaar.”
Laten wij als volgelingen van Jezus niet ophouden
anderen uit te nodigen erbij te komen.
Wij kunnen maar vissers van mensen zijn
als wij op het woord van Jezus onze netten durven uit te gooien
in groot vertrouwen en geloof.