Priester Pradip

Paulus over de liefde
Een zee van liefde
Hooglied
Zegeningen van de geliefden

Paulus over de liefde

(Naar 1 Korintiërs 13, 1-13, uit Kinderbijbel, D.A. Cramer-Schaap, aanvulling Lieke van Duin, 2017, blz. 427, tekstaanpassing door Pradip Smagge, 14 februari 2020)

Al sprak ik alle talen,
als ik de liefde niet had
hadden mijn woorden geen waarde.

Al kende ik alle geheimen,
al wist ik alles wat er te weten valt,
als ik de liefde niet had
was ik niets waard.

Al verkocht ik alles wat ik had
om arme mensen te helpen,
als ik de liefde niet had
stelde het niets voor.

De liefde is geduldig.
De liefde is vriendelijk.
De liefde is niet jaloers of trots.
Ze is niet grof en schept niet op.
Ze laat zich niet boos maken en wil geen wraak.
De liefde is verdrietig om wat verkeerd loopt,
ze is eerlijk en zoekt altijd naar de waarheid.

De liefde gelooft alles,
ze leeft van de hoop
en ze geeft nooit op.

Geloof, hoop en liefde,
daar gaat het om in het leven.
Maar de grootste van die drie
is de liefde.

Een zee van liefde

Vier voeten stevig in het zand geplant, de zeewind door hun haren, zo staren verliefden naar elkaar maar ook de verte in. Zo wijds de horizon van de zee, zo ook de toekomst die hen beiden wacht.

En zij ademen de longen vol zuivere zeelucht, zij voelen de warmte van de dalende zon op hun tintelende huid. Wat is het leven mooi, wat maakt de liefde de dagen vol, zij geeft zin aan het bestaan.

De geliefden zien hoe de golven het strand kussen, hoe de branding een spel van geven en nemen is, hoe de zon de zee een nachtzoen geeft.

Zij zien in elkaars ogen de rode gloed die stilaan verdwijnt, hoe de nacht de zee nog mysterieuzer maakt, en hoe zij erop vertrouwen elkaar ook elke morgen helder in de ogen te zien.

Zo willen zij voor elkaar zijn, een ja-woord en verbondenheid, een leven lang, een zee van liefde, liefde zoveel als de korrels zand op het strand, als de vele waterdruppels die samen de zee zijn…

Hooglied

(Een dialoog uit het Hooglied)

zij: ‘Kijk! Hij staat al bij de muur. Hij blikt door het venster, tuurt door de spijlen. Mijn lief roept mij toe:’

hij: ‘Sta op, vriendin! Mooi meisje kom! Kijk! De winter is voorbij, voorbij zijn de regens, weggegaan. De bloemen zijn verschenen op het veld, nu breekt de zangtijd aan, het koeren van de duif klinkt op het land. De vijgenboom is al vol vruchten, de wijnstok rankt en geurt. Sta op, vriendin! Mooi meisje, kom! Mijn duif in de rotskloof, verscholen in de bergwand, laat mij je gezicht zien, laat mij luisteren naar je stem, want je stem is zo lieflijk, je gezicht zo bekoorlijk.’

zij: ‘Draag mij als een zegel op je hart, als een zegel op je arm. Sterk als de dood is de liefde, beklemmend als het dodenrijk de hartstocht. De liefde is een vlammend vuur, een laaiende vlam. Zeeën kunnen haar niet doven, rivieren spoelen haar niet weg.’

Zegening van de geliefden 1

God van liefde, zegen deze geliefden, zegen de vonken liefde tussen hun ogen, zegen hun gegeven zijn aan elkaar, zegen hun gedachten en diepste dromen, hun verlangens en stille hopen, maar zegen ook hun verdriet, hun stuntelige onbegrip, het domme misverstand, dat ze steeds samen daar doorheen groeien dichter naar elkaar toe.

God van liefde, zegen deze geliefden, zegen de warmte van hun handen, zegen hun grenzeloze vertrouwen in elkaar, zegen hun doen en laten, hun arbeid, werk en bezig zijn, zegen hen in de tijd voor elkaar, zegen hen in hun tederste momenten, maar zegen hen ook in tegenslagen en wanneer het leven pijn doet, zegen hen zo dat ze steeds samen daar doorheen groeien telkens weer dichter naar elkaar toe.

God van liefde, zegen deze geliefden, dat zij uw liefde zichtbaar maken en zo tonen dat liefde niet alleen te doen, maar vooral de weg bij uitstek is om de hemel hier en nu te beleven.

Zegening van de geliefden 2

Dat Gods liefde in jullie werkzaam blijft, merkbaar is in jullie omgang met elkaar; in de woorden die jullie tot elkaar spreken, in het dagelijks brood dat jullie samen breken, in de dromen die jullie samen delen en in de vriendschap met zovelen, in de zorg die je voor elkaar draagt, in het antwoord op wat de ander vraagt, in de tederheid die jullie siert, en in de vreugde die je samen viert, in elk moment dat je aan elkaar denkt, in de genegenheid die je elkaar schenkt. Dat liefde als een rijke zegen van Godswege jullie aandeel in elkaars leven vermeerdert in de naam van de Vader, de Zoon en de heilige Geest. Amen.

Zegening van de geliefden 3

God van liefde, zegen deze geliefden met de veelzijdigheid van hun liefde voor elkaar, met de vele kleuren en schakeringen van warme, hevige, duurzame en trouwe liefde. Zegen deze geliefden met de fijne kunst de liefde in elkaar op te wekken wanneer die dreigt te verflauwen. Zegen hen met het geduld en leren omgaan met hun kleine kantjes en onhebbelijkheden. Zegen deze geliefden dat zij in hun liefhebben iets mogen laten merken van de hemelse liefde die uit U voortvloeit, God, bron van alle liefde. Amen.

Zegening van de geliefden 4

God van liefde, wijd en diep als de zee, wij danken U om de liefde en vragen uw zegen over de aanwezige geliefden die samen de weg van de liefde volgen in lief en leed, in zorgen en genieten, in ziekte en gezondheid, in goede en kwade dagen.

Zegen de liefdesweg die zij gaan, zegen de vlakke wegen, maar wees een extra steun en zegen wanneer de weg steil en moeilijk begaanbaar is, wanneer bergen moeten overwonnen of uit de put moet worden gekropen. Wees een zegen op de zovele verscheidene wegen van de liefde.

God van liefde, wijd en diep als de zee, wij danken U om de liefde en dat geliefden elke dag mogen ontwaken met een gevleugeld hart en in de avond slapen gaan met een gebed voor de beminde in hun hart en op hun lippen een teder liefdeslied. Zegen en sterk hun liefde voor elkaar in de naam van de Vader, de Zoon en heilige Geest. Amen.

Zegening van de geliefden 5

God, zegen deze geliefden zo dat ze voor elkaar mogen zijn: vaste grond onder de voeten, diep en wijd als de zee, warm en stralend als de zon, leven gevend als adem. God, zegen deze geliefden zo dat ze alles voor elkaar betekenen, dat ze elkaar aanvullen, vervullen, in dagen en nachten, in de eenvoudigste momenten. God, zegen hen zo dat zij voor elkaar mogen zijn: vruchtbare bodem, verkwikkende bron, verfrissende bries, vurige vlammen. Zegen hen, dat zij de wereld zijn voor elkaar.

Zegening van de geliefden 6

(Naar de huwelijkszegen van Jalal ad-Din Rumi (1207-1273))

God, zegen met uw kracht deze geliefden, dat hun liefde als melk en honing mag zijn, als dauwdruppels in de vroege lentemorgen, als verkwikkende schaduw, dorstlessend als levend water. God, zegen met uw kracht deze geliefden, vul hun dagen met vreugde, dat zij zich mogen voelen als in het paradijs. Mocht hun liefde bekend zijn als een weldoende zegen voor allen die hen omringen. Vul hen met uw levenskracht, uw kracht tot liefde in goede maar ook in kwade dagen. God, zegen met uw kracht deze geliefden, in de naam van de Vader, de Zoon en de heilige Geest. Amen.